Is het hij wordt of hij word? Zo zit het met deze spellingskwestie

Is het hij wordt of hij word? Zo zit het met deze spellingskwestie

Waarom deze spellingsvraag zo vaak gesteld wordt

Bij het schrijven van Nederlandse teksten komen veel mensen in de war bij het gebruik van werkwoordvormen. Een voorbeeld daarvan is het verschil tussen "hij wordt" en "hij word". Deze kwestie roept verwarring op bij scholieren, studenten, professionals en zelfs native speakers. Dit komt doordat de Nederlandse spellingregels voor vervoegingen soms onlogisch lijken of moeilijk te onthouden zijn.

Het verschil tussen "hij wordt" en "hij word"

De juiste vorm is in de meeste gevallen "hij wordt" met een t aan het einde. Dit komt doordat het een vervoeging is van het werkwoord "worden" in de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd. In het Nederlands krijgen werkwoorden in deze vorm bijna altijd een t, behalve als het onderwerp "ik" is.

Voorbeeldzinnen met "hij wordt"

Enkele correcte voorbeelden van het gebruik zijn: "Hij wordt morgen 30 jaar." of "Hij wordt boos wanneer hij dat hoort." In beide gevallen is er sprake van een handeling of verandering die betrekking heeft op de derde persoon enkelvoud.

Wanneer gebruik je dan "hij word" zonder t?

Eigenlijk nooit. De vorm "hij word" zonder t is grammaticaal onjuist in correct Nederlands wanneer je een gewone zin schrijft. De enige keer dat "word" zonder t juist is, is als de ik-vorm van "worden" wordt gebruikt: "Ik word moe van deze discussie."

Waarom maken zoveel mensen deze fout?

De verwarring ontstaat vaak doordat mensen denken dat werkwoorden in de tegenwoordige tijd altijd zonder t worden geschreven, of omdat het onderscheid tussen de ik-vorm en hij/zij/het-vorm niet wordt herkend. Spellingcontroleprogramma’s helpen wel, maar niet iedereen gebruikt ze of herkent het verschil meteen.

Tips om dit juist te schrijven

Een handige tip is om het werkwoord te vervangen door een ander regelmatig werkwoord, zoals "werken". Als je in plaats van "hij wordt" de zin zou maken met "werken", dan zeg je "hij werkt". Daar staat ook een t achter. Dus bestaat er een grote kans dat het originele werkwoord ook een t krijgt in die vorm.

Samenvattend

In verreweg de meeste gevallen schrijf je "hij wordt" met een t. "Hij word" zonder t is vrijwel altijd fout. Onthoud dat de derde persoon enkelvoud in het Nederlands meestal een t krijgt aan het eind van het werkwoord. Door bewust te zijn van deze regels, kun je veelgemaakte spellingsfouten in de toekomst vermijden en je schrijfvaardigheid verbeteren.